Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Ik vertrek

Een column van Andries Knevel

Ergens in oktober 1977 betrad ik als een schuchtere jongeman het EO-gebouw. Ik had gesolliciteerd op de functie van redacteur/verslaggever bij Tijdsein radio, voor één dag in de week.

Deel:

In de kamer zaten Willem Glashouwer, die ik wel een beetje kende, en Ad de Boer. Die laatste verwarde ik telkens met (wijlen) Meindert Leerling. Beiden hadden een baard en beiden keken heel streng de wereld in. Een jaar later vroeg de EO me om een theologische etherleergang op te zetten ('Theologische Verkenningen') en dus kwam ik in dienst. Ik ben nooit meer weggegaan.

Maar nu vertrek ik dus. Met weemoed, dankbaarheid en ook een beetje pijn. Want ik wil niet verhelen dat ik nog wel een paar jaar (Deo volente) door had willen gaan, met een verkondigend programma, zoals 'Andries' en het pastorale programma 'Groot Nieuws'. Waarom? Omdat ik een beetje de dorpsomroeper van het goede nieuws wil zijn.

Toen ik ruim veertig jaar geleden bij de EO kwam, was ik een afgestudeerd theoloog, die daar ook in door hoopte te gaan. Daarna werd ik door de EO de journalistiek in getrokken en heb ik daarin met hart en ziel gewerkt. Maar de laatste tien jaar werd toch weer de dominee die ik ooit wilde worden in mij wakker. Ik ging preken en steeds meer verkondigende programma’s maken. Want uiteindelijk ligt daar mijn hart, meer dan bij de journalistiek. Ik ben daarom dankbaar dat ik in deze derde fase van mijn werkzame leven programma’s kon maken als 'De Kapel', 'Andries en de wetenschappers', 'Andries' en 'Groot Nieuws'.

Lees ook: 'De sleutel' een column van Sara van der Toorn
Lees ook: 'De sleutel' een column van Sara van der Toorn

‘Wat overheerst bij je?’ vroeg iemand die van mijn afscheid wist. Ik zei: ‘Ik denk een mengeling. Ik ben geweldig dankbaar voor het werk dat ik bij de EO mocht doen. En ik ben dankbaar voor de rol die de EO de afgelopen decennia mocht spelen. Ik heb weemoed, want 43 jaar bij hetzelfde bedrijf is niet niks. En ik heb een klein beetje pijn.” Maar dat hoort erbij en begrijpt u vast wel.

Geschreven door

Andries Knevel

--:--