Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Huiselijk geweld: als de stoppen doorslaan

‘Ik was soms bang voor mijn eigen krachten’

Gonnie overkwam het ondenkbare: haar eigen man, Ed, gebruikte jarenlang psychisch en lichamelijk geweld tegen haar. Op een dag besloot ze: het is genoeg. De scheidingspapieren lagen klaar om getekend te worden. Nu, een jaar later, zit ze met Ed aan tafel en vertellen ze voor het eerst samen hun verhaal.

Deel:

“Als ik wat aan hem vroeg, reageerde hij vaak met stemverheffing. Of ik kreeg een duw. Een keer gooide hij mij met geweld op bed en greep mij bij m’n keel. Hij kneep zo hard, dat het zwart werd voor mijn ogen. Nu ga ik dood, dacht ik. Vlak voor ik wegviel, kwam hij ineens weer bij zijn positieven. Zonder iets te zeggen, liep hij de kamer uit en liet mij huilend achter. Hij had me wel kunnen vermoorden. Maar het deed hem niets.”

Schaamte

Nooit eerder vertelden Gonnie (48) en Ed (51) hun verhaal. Vooral schaamte, maar ook de herinneringen die bovenkomen, maken het niet gemakkelijk te praten over huiselijk geweld. “Eigenlijk is er maar één reden dat we ons verhaal doen,” zegt Gonnie aan het eind van het gesprek. “We willen van God getuigen. Hij heeft ons allebei aangeraakt.”

Ed had kort voor hun eerste ontmoeting, nu tien jaar geleden, bijna vijf jaar in een gevangenis in Marseille gezeten. Daar had hij letterlijk moeten vechten voor zijn plek. “Toen ik vrijkwam, was ik bikkelhard geworden,” vertelt hij. “Compleet afgestompt, ik kon niet eens huilen. Wat ik Gonnie aandeed, deed mij niets. Ik zat vol frustratie en boosheid, al wist ik dondersgoed waarvoor ik had vastgezeten. Het was voor mij ook een soort machtsspel. In die gevangenis moest ik m’n mannetje staan. Als ik dat niet deed, werd ík gepakt. Dat gedrag, die overlevingsstrategie, kopieerde ik hier thuis, in mijn relatie. Ik was heel snel geïrriteerd. Als Gonnie mij dan tot rede probeerde te brengen, duwde ik haar van me af. Vaak kwam er een soort waas voor mijn ogen en ging ik slaan. En schoppen. Ik ben weleens bang geweest voor mijn eigen krachten, ja. Dan dacht ik achteraf: ik had haar écht iets aan kunnen doen. En dan had ze het misschien niet overleefd.”

“Als Ed me door het huis heen sloeg, hing ik aan zijn benen en smeekte ik: Ed, alsjeblieft! Doe normaal! Dan schopte hij me. Vervolgens liep hij weg en liet mij alleen achter.”

Jarenlang gebeden

Begin dit jaar was de maat voor Gonnie vol. Ze kon de lichamelijke en psychische mishandeling niet meer aan en besloot bij Ed weg te gaan. Ze wilde het hoofdstuk afsluiten en een punt zetten achter haar relatie met Ed. “Jarenlang had ik gebeden of God de situatie wilde veranderen. Toen ik eenmaal bij hem weg was, gaf ik Ed over in Zijn handen. Want één ding wist ik: ík kon Ed niet veranderen. Het gekke was dat vanaf het moment dat ik Ed overgaf aan God, er dingen begonnen te veranderen. Weet je waarom? God was heel belangrijk in mijn leven, maar ik zette Ed op de troon. Hoewel hij mij mishandelde. En dát moest veranderen. Want Gód moest op de troon. Op het moment dat ik voor God koos en Hem op de eerste plaats zetten, kon God aan het werk gaan.”

Ik zag hoe Gonnie constant bleef vechten voor ons

Waaraan merkte jij dat het beter ging, Ed?
Ed: “Ik was altijd heel goed in het omdraaien van het verhaal: jij bent de schuldige. Natuurlijk besefte ik heel goed dat dit niet zo was, maar ik zei nooit sorry. Tot ik meer en meer ging beseffen wat ik had gedaan. Wat ik háár had aangedaan. Ik zag hoe Gonnie constant bleef vechten voor ons. Dat deed wel wat met me. Ze bad voor mij, stuurde mij Bijbelteksten.” Hij schiet in de lach. “Soms werd ik daar niet goed van. Dan dacht ik: heb je háár weer. Tegelijk zette het mij stil. Nu kan ik zeggen dat het echt het werk is van God. Zo voel ik het.”

Je schaamt je voor je verhaal, maar toch ben je er open over…
“Ergens ervaar ik het ook als een opluchting dat ik er open over kan zijn. En als ik terugdenk en besef wat er allemaal gebeurd is, zie ik dat ik de schuldige ben geweest. Ik heb dit gedaan, veroorzaakt. Maar ik wil er open over zijn. Omdat het in meer gezinnen gebeurt, helemaal in deze coronatijd, nu mensen meer op elkaars lip zitten. En ik realiseer me dat het voor Gonnie heel bijzonder is dat ik schuld beken.”

Gonnie: “Ik vind het heel knap dat hij het durft. Daar heb ik jaren voor gebeden, dus ja, dat doet me heel veel.”

Het is de duivel die je aanklaagt, Ed

Nieuwe kans

Gonnie en Ed zetten begin juni de scheidingsprocedure stop en besluiten hun relatie een nieuwe kans te geven. Ed: “Ik doe mijn best. Ik praat nu met haar over wat er gebeurd is, iets wat ik hiervoor nooit deed. En ik kán er nu over praten en het erkennen. Ik ben heel rustig en ik ben niet bang meer voor mijn eigen krachten. Ik luister meer en doe meer dingen in huis. Ik zit doordeweeks op de vrachtwagen en belde haar voorheen nooit. Zij belde míj alleen maar. Nu bel ik haar ook, ik zíng zelfs in de cabine. Ongelofelijk, hè?”
Gonnie, glimlachend: “Het is zelfs zo dat als ik iets zeg, hij gewoon z’n mond houdt. Hij is veel rustiger geworden, zachter. Hij lijkt soms wel een heel andere Ed.”

Voel je je nog steeds schuldig, Ed?
“Ja, voorlopig wel. Ik heb veel mensen pijn gedaan en dat kan ik niet meer terugdraaien.”

Wat zou je tegen hem willen zeggen, Gonnie?
“Dat ik hem allang vergeven heb. Dankzij de liefde van God. En ik móét ook vergeven, anders kan ik zelf niet verder. Het is de duivel die je aanklaagt, Ed. God heeft je allang vergeven. Je bent nu heel hard voor jezelf. Maar dit is zó bijzonder… Hij zei nooit sorry. Meestal zei ík sorry, omdat ik geen ruzie wilde. Nu neemt hij de schuld op zich. Dat vind ik zo krachtig! Dat is echt van God, want dat kun je zelf niet. Ik ben trots op je, Ed.”

Diepe krassen

Soms vraagt Gonnie zichzelf af hoe het mogelijk is dat ze – ondanks de diepe krassen op haar ziel – de kracht vindt Ed te vergeven en met hem verder te gaan. “Het móét de kracht en de liefde van God zijn. Hij heeft mij vergeven. Dankzij die genade wil ik en kan ik ook met genadige ogen naar Ed kijken.”

Wat zou je willen zeggen tegen mensen die hier middenin zitten?
Gonnie: “Als je er eenmaal in zit, is het heel moeilijk om eruit te komen. Toch zou ik willen zeggen: ga praten. Met elkaar, maar ook met anderen. Vrouwen zijn vaak bang dat ze alles kwijtraken als ze er met iemand over gaan praten. Maar dat gebeurt uiteindelijk tóch. Dus alsjeblieft, schakel hulp in! En daarnaast: bid voor je partner. Hij of zij moet loskomen van de machten van de duivel.”

Beeld: Jelte Bergwerff

Geschreven door

Mirjam Hollebrandse

--:--