Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Compassion-directeur Nienke Westerbeek: 'Ik hoef niet per se de baas te zijn'

Over doenerigheid, rouw en het moment waarop het licht uitging

Een interview in een luie stoel? Nienke Westerbeek weet niet of dat zo’n goed idee is. “Kun je daar wel in zitten?” En: “Hoe denk je dat dat overkomt: de directeur van Compassion onderuitgezakt, met haar benen omhoog?"

Deel:

Omdat het een regenachtige dag lijkt te worden, spreken we eerst af in een koffietentje op het Eemplein in Amersfoort. Die stoel kan altijd nog. “Sorry, ik ben wat later,” verontschuldigt Nienke (47) zich. Nienke komt met veel energie binnen. Een glimlach lijkt in haar gezicht gebeiteld, ook als het gaat over het verlies van haar vader onlangs. “Ga je daar echt meteen over beginnen?” peilt de gewezen journalist.

Verwerking

Je vertelde aan de telefoon dat je door de coronacrisis geen ruimte voelde om te rouwen. Hoe zit dat precies?  
“Doordat je op afstand blijft van elkaar, van je familie, merk ik dat ook het rouwproces op afstand blijft. Rouwen doe je samen. Dat zie ik in andere culturen heel sterk. In Nederland kijken we vooral naar onze eigen verwerking, maar dat is slechts een onderdeel van het hele proces. In de dagen na mijn vaders overlijden, aan het begin van de lockdown in maart, vergaderden we als familie via Zoom over de uitvaart en andere dingen die moesten worden geregeld. En tijdens de begrafenis sta je als familie in kleine groepjes op de parkeerplaats, terwijl je elkaar zo graag wilt knuffelen en samen wilt huilen.”

Ondertussen staan je gedachten niet stil
“Inderdaad, herinneringen komen en gaan en ik ben heel blij dat ik echt afscheid van mijn vader heb kunnen nemen. Hij is overleden aan een gescheurde buikaneurysma en heeft korte tijd in het ziekenhuis gelegen. Zijn vijf kinderen mochten om de beurt vier uur lang aan zijn bed zitten. Gelukkig heeft iedereen dat nog kunnen doen. Tijdens de tweede vier uur van mijn jongste zus overleed hij. Ik kwam eigenlijk tot rust in die vier uur dat ik bij hem was. Alle hectiek van het crisismanagement op het werk moest ik loslaten en ik kon er gewoon zijn. Hij knipoogde af en toe en zei een keer: ‘Saai hè?’ Maar ik vond het wel rustgevend. Een echt gesprek voeren ging niet meer, maar het was goed zo.

Het is zo makkelijk om van alles iets te vinden zonder dat je zelf betrokken bent en er iets aan doet

Bovenmatig actief

Nienke groeide op in Vleuten-De Meern, waar haar vader een actieve rol vervulde in het kerkenwerk van de lokale gereformeerde kerk vrijgemaakt. “Na het overlijden van mijn vader kwam de dominee langs en met hem concludeerden we dat al mijn broers en zussen actief zijn in de kerk als ouderling, diaken, kerkplanter (zoals mijn man Ronald en ik een tijdlang), noem maar op. Dat kregen we van huis uit mee.”

Liefde voor de kerk dus. Geen frustraties? 
“Frustraties komen als je op een afstandje blijft. Het is zo makkelijk om van alles iets te vinden zonder dat je zelf betrokken bent en er iets aan doet. Daarom hebben wij na onze zeven jaar kerkplanting besloten niet als consument in de kerk te gaan zitten. Dat is zó niet-zegenend voor jou en de mensen om je heen. We trokken verder en zijn nu lid van een anglicaanse kerk, waar ik lid ben van de counsel die de voorganger ondersteunt. We zijn tijdens de coronacrisis online verdergegaan met de Alphacursus die we hadden gestart en dat bevalt zo goed dat we een tweede Alpha zijn begonnen. Verder ben ik betrokken bij het ministryteam.”

Wat is je het meest bijgebleven van je geloofsopvoeding? 
Na wat nadenken: “Een soort basisvertrouwen. Het ís er... En daar hoef je niet aan te twijfelen. Ik hoef niet alles te bediscussiëren. En trouw! Trouw aan je geloofsgenoten. Wij zaten in een kleine gemeente waar je je vrienden niet kon kiezen. Je deed het gewoon met elkaar. Dat heb ik als leerzaam ervaren.”

Loslaten

Wat voor meisje was je? 
“Dat weet ik niet goed. Ik was geen enorme gangmaker. Een beetje braaf, denk ik. Op mijn 17e deed ik belijdenis en om dat te kunnen doen, volgde ik zowel de gewone catechisatie als de belijdeniscatechisatie in hetzelfde seizoen. Ik was serieus met het geloof bezig, maar terugkijkend heb ik er geen zwaar gevoel bij.”

Toch moest je iets loslaten. 
“Mijn doenerigheid. In het geloof ben ik ook een enorme doener. Wel altijd samen met anderen. Ik ben echt een mensenmens, maar ik wil ook graag ergens naartoe werken, al is het maar koffiezetten of een homegroup leiden. Er moet iets gebeuren. Ik hoef niet per se de baas te zijn, maar ik heb wel graag invloed. Ja, die doenerigheid... Er zit veel activisme in mij. En dat kan ongezond worden, alsof je pas een goede gelovige bent als je veel doet voor God.”

Hoe leerde je doenerigheid af? 
“Door op mijn 26e overspannen te raken. Dat bleek heel effectief. Ronald en ik zijn jong getrouwd en ik werd op mijn 24e moeder van onze oudste dochter. Twee dagen voor de bevalling overleed mijn schoonvader aan kanker. Omdat de hele zwangerschap in het teken van zijn ziek-zijn en van afscheid nemen had gestaan, hadden we nog weinig op orde toen zij drieënhalve week te vroeg ter wereld kwam. Maar ik kon dit, wist ik. Een goed jaar hield ik het vol.”

Doodmoe van de afwas

EO_Visie_-_Zomerserie_-_Nienke_Westerbeek-07968
Credits: Eljee.

Het moment waarop het licht uitging, herinnert Nienke zich nog goed. Al voelt ze er geen pijn meer bij, “daarvoor is het te lang geleden. En ik heb er ook veel van geleerd.” Ze deed de vaat en er belde een vriend. Of ze zin hadden om die avond naar de kroeg te gaan. “Ik zei direct tegen Ronald: ‘Dat gaat niet. We hebben geen oppas. Het kan niet.’ Normaal gesproken was ik heel flexibel, dus we kregen er een woordenwisseling over. Die nacht deed ik geen oog dicht en de volgende dag kon ik alleen nog maar huilen. Vier maanden zat ik thuis. Van even afwassen werd ik al doodmoe. Ik had geen energie en moest mijn werk bij de christelijke vakorganisatie GMV die maanden neerleggen. Het duurde uiteindelijk wel een paar jaar voordat ik op mijn oude energieniveau zat. De les die ik toen leerde, drijft mij nu nog steeds. Ik moest kiezen wat ik wilde doen en waarom. Sindsdien probeer ik geen dingen meer te doen waarvan ik geen energie krijg. En als ik nu bij Compassion met collega’s spreek, zoek ik altijd naar wat hen blij maakt. En vervolgens hoe we daar tachtig procent van hun tijd mee kunnen vullen. Dan worden zij blij en de organisatie ook, want ze werken dan vanuit hun kracht.”

Vul je het moederschap ook zo in? 
“Als je het mijn twee dochters – nu 22 en 18 jaar oud – vraagt, denk ik dat ze zullen zeggen dat ik goed ben in het geven van praktische adviezen. Ze kunnen lekker sparren met mij, maar ik neem het niet van hen over. Wat je zelf kunt doen, mag je zelf doen – is mijn motto. Daar leer je van. Ik laat ze zwemmen, maar niet verzuipen.”

Heb je spijt van bepaalde dingen in de opvoeding? 
Het blijft een poosje stil. “Nee. We reflecteren veel op onze opvoeding en dat leidt ertoe dat we ook snel bijsturen. Spijt vind ik zo’n negatieve energie. Je hebt er niets aan. Ik leef meer vanuit de gedachte dat ik door schade en schande op het punt ben waar ik nu ben, en van daaruit kun je dan weer nieuwe en wellicht betere keuzes maken. Als ik iets gezegd of gedaan heb wat niet handig was, probeer ik dat zo snel mogelijk recht te zetten. Daarna kun je weer vooruit.”

Compassion

Hoe gaat het met Compassion in coronatijd? 
“Net als bij veel andere organisaties: we werken veelal vanuit huis, het meeste gaat online. Sinds een paar weken zijn alle teams weer één keer per week op kantoor, maar allemaal op anderhalve meter afstand van elkaar. Gelukkig blijkt er veel meer online te kunnen dan we dachten, daar geniet ik dan wel weer van. Tegelijk maken onze 25 veldlanden in Afrika, Azië en Latijns-Amerika een ingrijpende tijd door. In Nederland hebben we onze economische vangnetten en een goede gezondheidszorg, maar daar betekent een lockdown: geen werk en dus geen inkomen en geen voedsel. We hebben onze landendirecteuren ruimte gegeven het sponsorgeld daar te besteden waar ze het het meest nodig achten. Onze focus ligt op hulp aan kansarme kinderen en hun gezinnen. Er worden dus vooral voedselpakketten en essentiële hygiënemiddelen als zeep en mondkapjes verstrekt.”

Heb je wakker gelegen van de verhalen die je hoorde uit de veldlanden? 
“Dat niet, maar het vloog me wel naar de keel. Denk aan een toename van huiselijk geweld, meer cybermisbruik, echte honger, en het feit dat onze mensen het directe contact met de kinderen missen. Daarnaast hoor ik ook mooie verhalen. In Indonesië heb je bijvoorbeeld veel eilandjes die je nu niet kunt bereiken. Voor kinderen daar is Compassion thuisonderwijs gestart via de lokale tv-zender, waarvan we zendtijd kochten. Dat is toch geweldig? Die vindingrijkheid!”

Er zijn

EO_Visie_-_Zomerserie_-_Nienke_Westerbeek-08016
Credits: Eljee.

Nienke vertelt over een Rwandese familie die ze ooit bezocht. Er was een jonge moeder overleden en het kleine huis stroomde vol met gasten. “Binnen de kortste keren zaten we met zo’n vijftig mensen in de kamer. Ze haalden overal stoelen vandaan, kookten eten, en de dochters van het gezin vielen gewoon ergens in de kamer in slaap. Die mensen wáren er. Ze waren er aan het zíjn. Mijn moeder zegt nu: ‘Ik vind het heel fijn dat jullie langskomen, maar ik moet ook wennen aan het alleen zijn.’ Zo zit onze samenleving in elkaar. Terwijl we veel dingen helemaal niet alleen kunnen. Je moet soms hulp vragen. Als je dat durft, ben je veel krachtiger dan wanneer je alles alleen probeert op te lossen.”

Vraag jij makkelijker hulp sinds die ontdekking? 
“Ik vind dat nog steeds niet makkelijk. Het zit ook niet in mijn systeem.”

Dus je bent machteloos. 
“Machteloos ben je als je niks meer kunt doen. Maar eigenlijk kun je altijd wat doen, je kunt altijd zoeken naar iets wat wel mogelijk is om te veranderen. Kijk, het grote armoedeverhaal vind ik echt Gods probleem. Dat is te groot voor mij om op te lossen. Maar dat betekent niet dat ik machteloos ben, want Hij roept me op voor de armen te zorgen, om een stem te geven aan degenen die geen stem hebben. ‘Zorg dat het koninkrijk doorbreekt,’ zegt Hij.”

Eten delen

“Ik zie altijd lichtpuntjes,” vervolgt Nienke met opnieuw een lach. “Altijd, altijd. Ik moet denken aan een vrouw in Kenia die jong haar eerste man verloor. Alleen blijven is daar geen optie, maar de man met wie ze hertrouwde, was niet goed voor haar. En toch vertelde ze mij blij dat ze elke avond haar deur opende voor kinderen uit de buurt die even weg van huis wilden zijn. Ze deelde het eten dat ze had met hen. Dat vond ik zo kostbaar. Daar zie ik Gods licht doorbreken in het donker.”

Je ervaart je werk als een roeping. Betekent dat dat je morgen ergens anders kunt worden geroepen? 
“Daar sta ik wel voor open. Ik zal geen auto’s gaan verkopen, maar als God me roept voor Zijn koninkrijk, wil ik dienstbaar zijn. Ik zeg ook regelmatig tegen mijn collega’s dat ze het moeten zeggen als ze vinden dat ik een obstakel word.”

Dat gaan ze toch nooit doen? 
“Misschien niet zo concreet, maar mijn leiderschapsteam ken ik goed genoeg om te weten of het zover is. Ik vind dat je, zeker als leider, regelmatig moet kijken of je nog wel op de juiste plek zit. Of je dingen toevoegt en de organisatie vooruithelpt.”

Wat is je favoriete Bijbeltekst?
Resoluut: “Jesaja 61:1. Dat gaat eigenlijk over Jezus die zal komen om aan armen het goede nieuws te brengen, verslagenen hoop te bieden, gevangenen vrijlating bekend te maken. Dat is ook mijn missie. Ik ben zo onder de indruk van de roeping van God om ons in Zijn koninkrijk aan de slag te laten gaan. Hij zou het prima alleen kunnen doen, dat zou veel sneller en eenvoudiger gaan. Maar blijkbaar wil Hij ons iets leren.”

Personalia

Nienke Westerbeek (47) studeerde journalistiek aan de ESJ in Amersfoort. Ze werkte van 1995-2000 als voorlichter bij christelijke vakbeweging GMV. In 2000 ging Nienke aan de slag als eindredacteur bij de EO, waar ze in 2009 hoofdredacteur van het vrouwenmagazine Eva werd. In 2015 verruilde ze deze functie voor het directeurschap van hulporganisatie Compassion. Nienke is getrouwd met Ronald Westerbeek, met wie ze twee dochters heeft.

Beeld: Eljee

Geschreven door

Reinald Molenaar

--:--