Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Een week lang leven zonder plastic

‘De supermarkt kun je bijna helemaal links laten liggen’

Schrijfster en stiltetrainer Mirjam van der Vegt zette haar gezin begin januari voor een bijzondere uitdaging: een week lang plasticloos leven. Wat een onmogelijke opdracht leek, pakte tot haar verrassing bijzonder goed uit. “Wij hebben ons plastic afval met 95 procent verminderd.”

Deel:

Een week leven zonder plastic. Dat lukt toch nooit?
“Dat dacht ik inderdaad ook. De wereld is vergeven van plastic. Heel deprimerend om te zien. Maar het is ons gelukt – met vallen en opstaan. Normaal gesproken heb ik elke dag meer dan een volle tas plastic afval. Nu hadden we aan het eind van de week slechts een bodempje plastic in de tas.”

Dan ben je wel heel fanatiek geweest.
“Dat klopt. En het leuke was dat onze kinderen soms nog fanatieker waren dan wijzelf. Het betekende soms dat we dingen niet kochten, omdat het in plastic verpakt was. We gingen bijvoorbeeld op jacht naar een komkommer zonder plastic. Pas aan het eind van de week vonden we die! De supermarkt kun je bijna helemaal links laten liggen, daar is nauwelijks iets plasticloos. We kochten onze spullen vooral op de markt en bij de boer.”

Waarom wilde je een week zonder plastic leven?
“Sinds we in onze woonplaats ons afval moeten scheiden, valt het me op hoeveel plastic je eigenlijk gebruikt. Omdat we samen met een bevriend gezin al langer bezig zijn met milieubewustwording, hebben we onszelf uitgedaagd een week lang plasticloos te leven. Overigens is lang niet alle plastic verkeerd. Soms is glas in de verwerking nog vervuilender – dat ontdekten we deze week. De crux is: min­deren, hergebruiken of verpakkingsloos gebruiken.”

Hoe beviel het?
“Het was ontzettend leuk en echt voor herhaling vatbaar. Vooral omdat je heel be­wust naar je eigen leefpatroon kijkt. En je krijgt er veel gemeenschapszin voor terug. Als ik met mijn eigen bakje naar de slager ging, ontstond er vanzelf een gesprek over waarom ik dit deed. De kinderen gingen erover in gesprek met hun klasgenoten.”

Ik doe het omdat de aarde het verdient dat we met respect met haar omgaan

Welke dingen blijf je echt anders doen?
“We kopen ons brood niet meer in plastic, maar nemen onze eigen linnen zakken mee naar de bakker. En ik haal aardappels en groenten los op de markt of bij de boer. Bovendien zijn we door deze week echt gaan minderen. Met boter, kaas, eieren en meel heb je eigenlijk genoeg. En natuur­lijk, af en toe iets lekkers mag best. Maar we hebben met elkaar een cultuur ontwik­keld waarin het soms lijkt of het alle dagen Kerst is. De vraag is: is dat nodig?”

Wat was de grootste tegenvaller?
“Dat ik meer tijd nodig had om creatief te zijn met eten. Als je niet van koken houdt, kan ik me voorstellen dat je het snel opgeeft. Want je moet echt even bedenken wat je gaat maken met de soms beperkte ingrediënten.”

Als je kijkt naar het hele klimaatprobleem, is dit dan niet slechts wat geneuzel in de marge?
“Ik heb me dat inderdaad lang afgevraagd. Kijk, je redt hier in je eentje de wereld niet mee, daarvoor deden we het niet. Ik doe het omdat de aarde het verdient dat we met respect met haar omgaan. Bovendien zorgt onze overconsumptie voor klimaatvluchtelingen – dus het heeft meer met elkaar te maken dan je denkt.”

Welke tips heb je voor mensen die dit ook willen doen?
“Het belangrijkste bij een dergelijke uitdaging is genade: falen mag. Verder: betrek je kinderen erbij. De eerste dag mochten onze kinderen bijvoorbeeld snoep schep­pen in een zelf meegebracht bakje. Tot slot: doe het samen met anderen. Dan stimuleer je elkaar en kun je ervaringen delen. Ik denk dat je zonder al te veel moeite je afvalberg met vijftig procent kunt verkleinen.”

Beeld: ANP

Geschreven door

Mirjam Hollebrandse

--:--