Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Jeroen Pauw is niet trots op zijn felle religiekritiek

Tijs van den Brink in gesprek met Jeroen Pauw in ‘Adieu God?’

Een half jaar geleden schreef Tijs van den Brink een brief naar aanleiding van een kritische uitspraak over religie die Jeroen Pauw in zijn talkshow deed. In die brief nodigde hij de presentator uit voor een interview in ‘Adieu God?’. Pauw stemde daarmee in en op 7 mei is het zo ver.

Deel:

“We weten allemaal wel - als je je een beetje verdiept - dat religieuze boeken verschrikkelijk zijn en altijd oproepen tot geweld.” Die uitspraak deed Jeroen Pauw in de uitzending van 24 november. Het leidde tot kritiek van verschillende christenen, waaronder Tijs van den Brink.

Tijs schreef vervolgens een brief waarin hij zijn zorgen uit over Jeroens groeiende weerzin tegen religie. Ook nodigde hij hem uit voor een gesprek in zijn programma ‘Adieu God?’. Ondanks de afwijzing van voorgaande uitnodigingen ging Jeroen Pauw er deze keer wel op in. In deze aflevering zoekt Tijs van den Brink uit waar Jeroens afkeer van religie vandaan komt.

Sinterklaas
Jeroen Pauw groeit op in Hilversum. Zijn vader is van huis uit gereformeerd en zijn moeder doet nergens aan. Samen besluiten ze om dan maar nederlands-hervormd te worden. Wanneer Jeroen in 1960 geboren wordt, laten ze hem dus dopen. Later sturen ze hem naar een christelijke school. Toch speelt het geloof geen grote rol in huize Pauw. Jeroen: “Mijn ouders hebben meer tijd gestoken in ons duidelijk maken dat Sinterklaas bestond, dan dat God bestond.”

Jeroens ouders vertellen hem pas laat dat Sinterklaas niet bestaat. Dat maakt grote indruk op hem. “De hele klas lachte mij uit toen ik zei dat Sinterklaas wel bestond. Toen ik daarna thuis kwam hebben mijn ouders het wel verteld, maar vanaf dat moment ben ik alles gaan wantrouwen wat ze zeiden.” Toch is het volgens Jeroen te simpel om zijn felle religiekritiek op te hangen aan zijn Sinterklaastrauma. “Ik had op de zondagsschool ook al allerlei vragen bij het geloof.”

EO
Rond zijn vijftiende besluit Jeroen zich niet langer gelovig te noemen. Toch gaat hij een aantal jaar later aan het werk bij de Evangelische Omroep. “Ik was in die tijd openlijk ongelovig, maar wel onbevangen. Bij de EO liepen allemaal blijmoedige en hippe mensen rond, dat sprak mij aan. Gelukkig ben ik toen niet bevraagd over God, gebod of geloof.”

Jeroen heeft het naar zijn zin bij de EO en heeft weinig moeite met zich aanpassen aan het christelijke karakter van de omroep. Als een kennis van Jeroen hem echter kritisch aanspreekt op hoe de EO over homoseksualiteit denkt, voelt hij zich daar toch ongemakkelijk bij. “De mensen waren leuk, maar de interpretatie van de godsdienst niet.” Niet veel later stopt Jeroen bij de EO en gaat hij voor andere omroepen aan de slag.

Tekst gaat verder onder video

De weergave van deze video vereist jouw toestemming voor social media cookies.

Toestemmingen aanpassen

Grote mond
Jeroens afkeer van religie lijkt niet te verklaren uit een persoonlijke negatieve ervaring. Toch heeft hij naar eigen zeggen moeite zijn aversie te onderdrukken. “Dat is vaak een reactie op de stelligheid waarmee gelovigen mij of anderen de maat willen nemen. Mijn stelligheid ontstaat als anderen stellig zijn over iets wat ze niet met feiten kunnen ondersteunen.”

Jeroen is er niet trots op dat hij regelmatig erg fel is in zijn kritiek op religie. “Ik heb vaak een té grote mond. Dat vind ik eigenlijk vervelend, omdat ik me realiseer dat wat ik vind ook maar een mening is. Het is onaardig en niet wellevend om iets naars over geloof te zeggen tegen iemand die wel gelooft. Ik vind dat je beschaafd moet zijn in de omgang. Tegelijkertijd vind ik geloof niet heel beschaafd.”

--:--