Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Wat doe je met de discussie over schepping of evolutie?

De Bijbel Open met dominee Arie van der Veer

Met de rubriek De Bijbel Open wil ik dit keer zijdelings wijzen op een paar dingen die u kunnen helpen bij het lezen van de eerste hoofdstukken van Genesis. Verder kunnen ze u leren voorzichtig te zijn met uw oordeel.

Deel:

Net als vorige week wil ik ook nu extra aandacht besteden aan de discussie die momenteel wordt gevoerd over de boodschap van de eerste hoofdstukken van Genesis.

De hoofdstukken 1 tot en met 11 van het Bijbelboek Genesis staan opnieuw volop in de belangstelling. De discussie werd jaren geleden ook al gevoerd, alleen gebeurde dat niet op het huidige niveau. De ontwikkelingen in de wereld volgden elkaar in rap tempo op. De wetenschap zat ook niet stil. Denk daarbij aan de natuurkunde, de biologie en de theologie. Laten we daar blij mee zijn.

En de aarde bracht voort

Het boek van prof. dr. G. v.d. Brink over christelijk geloof en evolutie, En de aarde bracht voort, is een heel knap boek. Voor- en tegenstanders beamen dit. Het is een geleerd, diepgravend werk. Onder aan elke bladzijde staan minstens vier noten met verwijzingen. Het boek maakte veel los. In kranten als het Reformatorisch Dagblad en het Nederlands Dagblad verschenen daarna interessante en leerzame commentaren.

Wat zegt Genesis eigenlijk over de schepping?

Voor de meesten van ons is dit doordachte boek niet eenvoudig te lezen. Het gaat met name over wat de Bijbel zegt en over wat de evolutietheorie ons leert. Daarom worden vooral de eerste drie hoofdstukken uit de Bijbel besproken. Maar ook de daaropvolgende hoofdstukken worden genoemd. Dat zijn in feite allemaal hoofdstukken, waarover veel vragen kunnen worden gesteld.

Een groot deel van die vragen hadden velen van ons vroeger ook al: ‘welke geschiedenis beschrijven die eerste hoofdstukken van Genesis nu eigenlijk?’

Moeilijke vragen

In de jaren ’50 werd de discussie over evolutie of evolutie minder gevoerd. Toch zullen er in die tijd veel mensen op de catechisatie de vraag hebben gesteld waar Kaïn toch zijn vrouw vandaan haalde, of zich verbaasden over het merkwaardige verhaal uit hoofdstuk 5, waarin wordt verteld dat de zonen Gods zich vermengden met de mensen op aarde. Wie waren die zonen Gods? En dan heb je nog dat verhaal over de ark met al die dieren. Pasten alle levende diersoorten echt in de ark? Hoe zorgde Noach voor al die (wilde) dieren? En wat te denken van de ouderdom van die eerste mensen. Metuselach werd 969 jaar oud. Hoe kan een mens zo oud worden? Waarom werden Abraham en de mensen daarna veel minder oud? Het lijken simpele vragen, maar ook die oude vragen brengen je bij de discussie van nu.

Scheppingsverhalen

Hoe moeten wij Genesis lezen, en dan met name de eerste 11 hoofdstukken? Dat heb ik me altijd al afgevraagd. 60 jaar geleden zat ik op de middelbare school. Daar leerde ik al dat andere godsdiensten ook scheppingsverhalen hebben. Bijvoorbeeld het Babylonische verhaal Enuma Elish en zondvloedverhalen, zoals het Gilgamesj-epos. Ik ging daar toen vrij onbekommerd mee om. De uitleg dat al die vele verhalen een oorspronkelijke bron hebben, vond ik wel erg aannemelijk. Vanuit mijn geloof koos ik voor de betrouwbaarheid van de overlevering in het boek Genesis.

Geschiedenis in symbolische taal

In mijn studietijd kreeg ik meer belangstelling voor die eerste hoofdstukken. Dat kwam mede door mijn professor in het Oude Testament: prof. dr. B.J. Oosterhoff. In 1972 verscheen een boek van hem met als titel ‘Hoe lezen wij Genesis 2 en 3?’ Professor Oosterhoff schreef toen dat het in de eerste hoofdstukken van Genesis weliswaar over geschiedenis ging, maar dan geschreven in beeldende, symbolische taal. Het boek van Oosterhoff veroorzaakte een schokeffect. Er werden in mijn kerk heftige discussies gevoerd.

Mijn omlijnde opvatting

Als jonge predikant had ik veel aan de uitzendingen die de EO aan dit onderwerp wijdde. Boekjes daarover gebruikte ik op de catechisatie. Mijn oordeel stond vast. Met name als het over de evolutietheorie ging. Dat kon niet waar zijn. Ik geloofde in een jonge aarde. God is toch in staat om een wereld te scheppen, waar volgens de wetenschap miljoenen jaren voor nodig zijn?

Jongeren leven in twee werelden

We zijn nu bijna een halve eeuw verder. Wat dat lezen van de eerste hoofdstukken van Genesis betreft, merk ik dat vooral de jongeren in deze tijd vaak in twee werelden leven. De wereld van de kerk en de christelijke school, en de wereld van het vervolgonderwijs en de universiteiten. Wat ze wellicht op school niet hoorden, passen ze in hun studie en werk wel dagelijks toe.

Het is heel belangrijk argumenten eerlijk te wegen

Hoe voer je de discussie?

Het komt voor dat jongeren er niet over durven te praten. Voor of tegen de evolutie is een sjibbolet geworden. Als orthodox christen hoor je immers tegen de evolutie te zijn. Die gedachte was in de vorige eeuw wijdverspreid in christelijk Nederland. Deze mening werd onder meer overgenomen door een christelijke omroep als de EO en door reformatorische scholen. En nu komt zo’n orthodoxe professor, die ook nog eens lid is van de Gereformeerde Bond, met zo’n boek. ‘Stel dat het wel waar is’, is de vraag die wordt gesteld. Dat is even schrikken. Het is heel belangrijk om de discussie zuiver en oprecht te voeren, zijn argumenten eerlijk te wegen. Ik moet zeggen dat ik veel leer van de commentaren in het Reformatorisch Dagblad en het Nederlands Dagblad. Toch zijn er ook commentaren, waarvan je schrikt. Wat kunnen mensen, ook dominees, snel met hun oordeel klaarstaan!

Gods handschrift in de natuur

Weet u waar ik altijd veel aan heb gehad? Aan een paar onderscheidende elementen die de kerk al eeuwenlang heeft geleerd. Een heel belangrijk onderscheid staat in de Nederlandse Geloofsbelijdenis, nota bene een geschrift van 500 jaar geleden. Artikel 2 gaat over het kennen van God. Dan staat er dat we God kennen door twee middelen: door het boek van de schepping en door de Bijbel. Resultaten van de wetenschap moeten wij dus heel serieus nemen. Want de schepping vertelt ons over God. Voor natuurwetenschappelijk onderzoek hoeven we dus niet bang te zijn. We treffen in de natuur immers Gods handschrift aan. Maar dat gebeurt wel op een onduidelijke en onvolledige manier.

We leren God nog beter kennen via Zijn Woord. Letterlijk zegt de belijdenis: veel ‘duidelijker en volkomener’. God doet dat ‘tot zijn eer en de zaligheid van de zijnen’. Met het oog dáárop moeten we de Bijbel dus lezen. De Bijbel wijst ons de weg der zaligheid. De Bijbel is niet bedoeld om onze kennis over de natuur te verbeteren. In mijn jonge jaren zongen we: ‘Antwoord op alle vragen geeft ons Gods Woord’. Dat is niet waar. Wel als het over God gaat, maar niet over onderwerpen als natuur, geschiedenis, wiskunde, noem maar op.

Waar gaat de Bijbel over?

De Bijbel is in de eerste plaats geen natuurkundeboek en ook geen geschiedenisboek. De Bijbel bevat wel belangrijke gegevens over die onderwerpen. Maar bovenal is de Bijbel voor ons het ‘boek der verlossing’. Wetenschappelijke bevindingen kunnen ons soms dwingen om de Bijbel anders te lezen. Denk maar aan het voorbeeld dat ik de vorige keer gaf van Galileo Galilei, over dat de aarde om de zon draait.

De wetenschap moet echter wel weten wat zij beweert en zegt. Theorieën zijn niet altijd feiten. De grote vraag in deze tijd is: Zijn de bevindingen van dien aard dat evolutie steeds meer een feit wordt? Het boek van professor Van der Brink gaat daarover: ‘Stel dat het waar is’. Hoe moeten we de Bijbel dan lezen?

Laat christelijke wetenschappers ook aan het debat deelnemen.

Kan het beide zijn?

Dan kom ik bij nog iets wat u allemaal allang weet. De Bijbel bestaat uit 66 boeken. Daarbij kunnen we onderscheid maken tussen historische, dichterlijke en profetische boeken. Dat is een heel belangrijke sleutel. Want in een gedicht wordt de taal anders gebruikt dan in een geschiedenisboek. Maar het een sluit het ander niet uit. Profetische boeken kunnen ook geschiedenissen bevatten. Jesaja schrijft bijvoorbeeld ook over koning Hizkia. Geschiedenisboeken kunnen ook gedichten bevatten. Neem bijvoorbeeld het lied van Mozes in het boek Exodus. De vraag is nu: Zou zoiets ook het geval kunnen zijn in de eerste hoofdstukken van Genesis?

Nogmaals, wij voeren die discussie niet. Maar we staan met elkaar midden in de kerk. Als theologen daarover met elkaar in discussie gaan, is het goed om christelijke wetenschappers ook te laten deelnemen aan het debat.

Ondertussen lezen wij verder. Deze week een aantal hoofdstukken vanaf Genesis 3. Ik wens u daar veel zegen bij.

Geschreven door

Arie van der Veer

--:--